1800-1964 IJzergieterij J. Zimmer & Zonen
Het eerste Amsterdammertje werd rond 1870 geplaatst in de poort van het Begijnhof aan het Spui. Het was een gietijzeren exemplaar. Je hoeft het niet te gaan zoeken, want het staat helaas al lang niet meer in die poort. Wie de ontwerper was en wie dit eerste paaltje heeft gegoten is niet bekend. Amsterdam had indertijd een aantal ijzer- en metaalgieterijen en de kans is groot dat tenminste drie van die gieterijen Amsterdammertjes hebben gegoten. Wel is bekend dat de IJzer- en Kopergieterij J. Zimmer en Zonen veel Amsterdammertjes gegoten heeft. Een belangrijk deel van het straatmeubilair kwam bij Zimmer vandaan, want zij produceerden ook de lantaarnpalen, brugleuningen en putdeksels voor Amsterdam. De ijzergieterij van Zimmer vestigde zich rond 1800 aan de rand van de stad in de Korte Blekerstraat 7 in wat nu de Kinkerbuurt in Oud-West is. Het industriële bedrijf zou daar zo’n 150 jaar (tot 1964) blijven bestaan. (http://www.allesoveramsterdammertjes.nl/)
1965-heden Kinderboerderij – Het landje van Ome Kick
Na het vertrek van de fabriek en de afbraak ervan werd het terrein gebruikt door bewoners uit de buurt. Buurtbewoner Frits Bottelier (1925-2011), bijgenaamd ‘Ome Kick’, verzette zich tegen bebouwing en organiseerde er activiteiten voor kinderen. Op het braak liggend terrein is hij langzaam aan begonnen – eerst met kotten – om een kinderboerderij op te zetten. Ome Kick is op het terrein van de IJzergieterijfabriek van Zimmer al tijdens de sloop, eind jaren 60, in overleg met een van de slopers al begonnen met het neerzetten van hokken met dieren erin. Toen de fabriek helemaal verdwenen was, was de eerste oerversie van de
kinderboerderij begin jaren 70 op het Zimmerterrein een feit. Die eerste jaren heeft hij dus zonder overleg met de gemeente illegaal een stukje van het terrein bezet, allerlei zaken zelf geregeld en betaald, met hulp van kinderen en volwassenen uit de buurt. Toen is de naam ‘Landje van Ome Kick’ ontstaan. Na die beginperiode raakte de gemeente steeds meer betrokken door aan de financiering van de bouw van onder andere een klimboot (buurtbewoner Pieter van Leeuwen), een speelstad (buurtbewoner Harry Visser) en klimrekken bij te dragen. Ook een deel van het groenonderhoud werd vanuit de gemeente gedaan. Er bleef veel regie, vindingrijkheid en inzet in de buurt voor kleine zaken, maar ook voor het realiseren van grotere speelplekken binnen het park. Die betrokkenheid hing samen met de behoefte van de buurtbewoners aan het behoud van de buurt in een tijd van sloop en nieuwbouw in plaats van renovatie. Halverwege jaren 70 waren de gebouwen van de kinderboerderij toe aan vervanging en heeft Ome Kick zich tijdelijk teruggetrokken om verdere betrokkenheid van de gemeente af te dwingen. Dat is gelukt en een deel van de gebouwen zijn vervangen met financiering van de gemeente. Eind jaren 70 kwam Buurtcentrum de Havelaar, iets waar Ome Kick niet blij mee was, omdat veel ouderen op die plek gingen zitten als ze van de markt kwamen. Daarnaast verschoof ik die tijd de regie over bijvoorbeeld het groen meer naar de gemeente.
1979-2012 De Havelaar als buurtcentrum
Aan de oostkant van het terrein kwam in 1979 het buurtcentrum De Havelaar, aan de Douwes Dekkerstraat naar de schrijver Eduard Douwes Dekker . Voor de bewoners hoefde het niet perse, maar ze vonden het ook wel aantrekkelijk om meer faciliteiten te hebben dan de portacabine. Het buurtcentrum is ontworpen door Pieter van Leeuwen (architect en beeldend kunstenaar) met hulp van Ger Husslage (architect). Het buurtcentrum is destijds vernoemd naar het boek Max Havelaar van Multatuli (pseudoniem van de schrijver Eduard Douwes Dekker). De ontwikkeling en realisatie van de Havelaar duurde van 1974 tot 1979. De opening werd aangekondigd als “de opening van clubhuis De Havelaar” en vond plaats op vrijdag 2 maart 1979”.